Watermens

Nee bee wah bow

En die en

Aah key mis kquee

Nee bee wah bow

Hey ya hey ya hey ya hey

Hey ya hey ya hey ya ho

 The song means  the water is the life’s blood of our mother the earth.

 Water is the life’s blood of our own bodies”

— Grandma Nancy

“…En opeens wist ik het. Ik ben geen kind van de zee, maar een kind van het water. Het is de stromende rivier die mij laat ontwaken. Een vleugje spiritueel wellicht, maar zo nuchter en duidelijker dan helder stromend water kan het voor mij niet worden. Na enkele uren peddelen raak ik uit het niets ontroert. Ik voel de tranen over mijn wangen stromen, maar ik ben zo ontzettend kalm van binnen. Ik laat mijn kajak door de stroming meevoeren, de peddel ligt op het voordekje. Mijn armen hangen buiten de kajak. Het enige wat ik voel, waar ik naar verlang is het koude stromende water langs mijn huid. Iedere dag weer. De rivier is mijn weg naar de zee. Ik laat mijn polsen in de stroming hangen en voel het water langs mijn kloppende aderen vloeien…” – Uit mijn notitieboek

Het is niet voor niets dat ik een boek over de kust heb geschreven, ik wil bij de zee zijn en de zee ontdekken. Het oorspronkelijke idee van het boek Leven aan de kust is ontstaan uit de intentie om vele rivieren, smalle wateren en beken van Nederland te ontdekken. Toch ben ik begonnen met de plek waar de rivieren uitmonden en zoet en zout water elkaar ontmoeten: de zee. Opgegroeid aan de kust, voelt omringt zijn door water voor mij heel natuurlijk. 

 

Zoals de 3JS zingen: “…Laat het water mij maar dreigen. Laat het me grijpen naar de keel. Alleen voor ons watermensen, wordt het water nooit teveel.”

In de vroege ochtend rits ik mijn tent open, even later wandel ik over het natte gras. Het is een graad of 12 buiten, de zon schijnt nog niet in het dal. Ik zie de deken van mist boven het water hangen, daar moet ik heen! Zonder aarzelen wandel ik de rivier in. De stenen zijn glad en glibberig, maar ik zet mij af van de rivierbedding, laat mij in het water zakken en laat me zachtjes met de stroom mee stromen. Heerlijk die rust in de ochtend. Mijn hoofd komt net boven de mist uit en in deze grijze deken valt mijn oog op een flitsende schoonheid. Op een tak poetst de ijsvogel zijn verenkleed. De druppels blijven op de vleugels liggen, hij wrijft met zijn snavel over en tussen de veren. De ochtend deelt met mij deze pure schoonheid. Ik laat mijn lijf langzaam onder water zakken tot mijn kin het wateroppervlak raakt en zo schuifel ik over de gladde stenen … steeds iets dichterbij. Deze ijverige visser heb ik nog nooit van zo dichtbij kunnen observeren. Met mijn voeten leun ik tegen grotere keien in de rivier om niet verder met de stroming mee te gaan. Het water stroomt om mij heen. Ik voel mij onderdeel van dit moment, het water, de mist en de ijverig poetsende ijsvogel op een tak boven mijn hoofd. Plots zoeft een tweede ijsvogel op nog geen meter afstand langs mijn gezicht over het water. De blauwe flits brengt zijn soortgenoot op de tak in beweging, samen verdwijnen ze in een enorme snelheid terug de mist in. Een geluksgevoel verwarmt mijn lijf.  Langzaam lost de mist op. Nog even en de zon laat het mysterie binnen één minuut verdwijnen. Dus ik blijf nog even, net als de mist hangen en zwem verder met de stroom mee. Tot ik mijn hartslag voel bonken en mijn lijf voel gloeien. Ik ben een watermens, zolang het water stroomt, heelt het mij.

Laat het water mij maar krijgen!

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.