Verhalen van Schiermonnikoog – deel 4 – Kiekendieven

Ik fiets het Waterstaatpad op om richting het Oosterstrand te gaan jutten. Het is een onverhard pad vol hobbels en diepe kuilen met stoffig zand. Het pad is na een vochtig voorjaar nog prima toegankelijk als je dikkere banden hebt. Er staat nog veel water in het kweldergebied en hierdoor oogt alles fris groen. Aan het eind van het pad claim ik het enige bankje wat er staat voor de rest van de middag en zie ik verder bijna niemand meer. Zo tuur ik even voor mij uit en neem de omgeving en geluiden in mij op.

Spinnenwebben waaien sierlijk door de lucht. Een dun draadje blijft aan mijn fiets hangen. Best handig om jezelf op deze manier te verplaatsen als je zo klein bent. Geniaal. Opeens zie ik de spin door de lucht via mijn fiets naar mijn rugzak vliegen. Eenmaal op mijn tas maakt hij zich bol. Hij steekt zijn achterste omhoog en schud ermee. Op deze manier lanceert hij zichzelf opnieuw door de lucht. Uit zijn achterste schiet een los draadje en waait met de wind mee. Ik beeld een schattig stemmetje in die roept: “Joeppieeeeeeee”. De kleine spin waait door de lucht, achter hem klappert een dun draadje die fungeert als een parachute. Het dier verdwijnt aan de horizon, hoog in de lucht.

De rietpluimen wuiven zachtjes, de kikkers kwaken. De lucht is strak  blauw. De kwelder ligt voor mij, met in de verte nog nét het baken wat zichtbaar is als een puntje boven het struikgewas. Rechts zijn in de verte de twee torens nog zichtbaar in miniatuur versie. Achter mij liggen grijze duinen, begroeid met vlier en duindoorn. Er klinken vrolijke noten vanuit het struweel. Het is nog een flink stuk struinen naar de oost. Ik besluit om tijdloos te genieten van het uitzicht op het bankje. Eerste rang tuur ik uren over de kwelders en luister naar de communicatie van de meeuwen. Er wordt volop ruzie gemaakt, gevochten en gesekst. Het gaat er niet bepaald zachtjes aan toe. Mannelijke meeuwen duwen met hun haaksnavel te vrouw tegen de grond, maar ik hoor precies als het paren opzij wordt gezet voor alarm. Dapper houden enkele meeuwen de wacht en verdedigen hun nest en territorium, ze cirkelen als aasgieren boven hun gebied. Meeuwen zijn fel, en totaal niet gediend van indringers. De kievit en eidereenden maken graag gebruik van zulke bodyguards, maar ook de kievit is een dappere als hij zijn nest moet verdedigen.

Zulke dappere vogels zijn ook wel nodig, want de kiekendief is niet snel onder de indruk en laten zich niet zomaar kennen. Ze blijven rondes over het gebied zweven en wanneer ze dichterbij komen zet de kievit de aanval in. Met de kuif omhoog, snelle duikvluchten en een hoop lawaai verjagen ze keer op keer de roofvogels. Er ontstaan spectaculaire vliegstunts onder diverse vogels, ook de kraaien komen zich er nu mee bemoeien. De kiekendief heeft het te voorduren. De vogels proberen de roofvogel te pikken, sommige vliegen met hun poten richting het dier. Geen ‘kiekens’ voor ze vandaag. De  kiekendieven kiezen het hogere luchtruim, ver boven mij hoor ik ze nog roepen. Het is de roep van de kiekendief man die een baltsvlucht uitvoert voor zijn vrouw. Ze vliegen zo hoog dat ze alleen een zwart stipje zijn in de blauwe lucht.  Zo nu en dan maken ze binnen enkele vleugelslagen een duikvlucht naar beneden en vliegen ze 2 meter boven mijn hoofd. Schitterend.  (Luister hier de roep van de kiekendief man)

MVI_0484

Twee keer met de vleugels slaan is genoeg om enkele minuten door de lucht te kunnen zweven. De man laat zich vrij snel naar beneden storten, slaan een paar keer met de vleugels om vaart te minderen en maken op deze manier loopings door de lucht. De man is witter dan de vrouw, de onderkant van zijn vleugels glanst in het zonlicht op het moment dat hij de stunt uitvoert. Die mannen zijn er letterlijk onderste boven van, want ze maken loopings. Nog nooit heb ik op deze manier van zo dichtbij kiekendieven kunnen observeren. De vleugels van de man zien eruit alsof hij ze in de verf heeft gedoopt. Half zwartbruin half licht grijs wit en cremé. De man kan meerdere vrouwen hebben en ik denk dat dit het geval is, want ik tel vijf vogels in de lucht. Er zitten dan ook meerdere nesten dichtbij elkaar in het gebied. Er wordt onderling ook nog prooien uitgewisseld. Op grote hoogte valt er een prooi naar beneden die vlak boven de grond wordt opgevangen. De meeuwen, ganzen en eenden vinden dit gedoe maar niets en blijven op hun hoede.

Zo staar ik nog even een poos door, uren verstrijken. Door te observeren leer ik weer veel, maar komen er ook veel vragen omhoog borrelen. Met nieuwe inspiratie en energie zet ik mijn tocht voort richting het oosten van het eiland voor een frisse juttocht.

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.