De herfst als een geschenk: soep bij volle maan

November is aangebroken. De dagen van overgang van zomer naar herfst zijn voorbij. We staan in het middelpunt van de herfst. Heel bewust volg ik het proces van de bomen die hun blad laten vallen. Het is voor mij een biologische klok, zijn alle bomen kaal dan is de tijd van duisternis aangebroken. Terug naar binnen keren. Het is alsof ik uit een rollercoaster stap die opeens op ‘pauze’ wordt gezet. Het vurige, flamboyante van de zomer lijkt ver weg en ik moet mijzelf er ieder jaar echt toe zetten om te rusten.

Toch plukte ik met grote dankbaarheid afgelopen week het laatste boeketje (zomer)bloemen voor op het altaartje. Ook de Cosmea en goudsbloemen zijn nog net niet uitgebloeid. Die laatste kleurrijke bloeiende bloemen zijn dan opeens heel schaars. Een handje vol zomer en herfst in één vaas een kostbaar geschenk.

 

Afgelopen jaren ben ik meer gaan verdiepen in de verhalen die planten ons te vertellen hebben. De inhoudsstoffen, smaken, kleuren en geschiedenis. Tijdens het zaaien van de inheemse planten(die van nature voorkomen in ons land) leerde ik dat je ook in het najaar nog prima kunt zaaien. De uitgebloeide planten laten in augustus tot november hun zaden vallen op de grond. Daar blijven de zaadjes, maanden liggen. De bomen laten hun bladeren vallen over de aarde en dekken de zaadjes toe. Welterusten.

Wij verschillen niet veel van die zaden. Iedere volle maan noteer ik het als herinnering aan de overgangen van seizoenen.

“We hebben als mens, net als de zaden de kou en duisternis nodig. In het donker vinden we de rust, om naar het licht te groeien.”

Doen we dit niet omdat we teveel met onze felle verlichtte schermen bezig zijn, in onze kunstmatig verlichtte huizen dan is de kans op onrust, vermoeidheid en ziekte aan het eind van de winter en vroege voorjaar groter. We mogen even pauzeren. En als het dan toch regent dan is koken bij kaarslicht toch best iets ‘magisch’. Terwijl de regen tegen de ramen klettert en de levenslust uit mij vloeit, probeer ik het binnen de seizoenen te omarmen.

In het boek Geschenken van het krentenboompje neemt auteur Robin Wall Kimmerer je mee in haar visie over de geschenkeneconomie. De natuur geeft ons veel, maar hoe mogen wij deze geschenken ontvangen en wat doen we ermee?  ‘…In een geschenkeneconomie betekent rijkdom dat je genoeg hebt om te delen en bij overvloed is het de gewoonte deze weg te geven. Status is niet hoeveel iemand verzamelt, maar hoeveel je deelt.’ – blz 40.  In een van mijn blogs deed ik de oproep of iemand met mij kastanjes wilde delen. Hoewel enkele van jullie volgers genoeg geschenken hadden om te delen was de afstand helaas te groot. Afgelopen week ontving ik toch nog een zakje gedroogde tamme kastanjes. Ze waren nog goed genoeg om te verwerken en dus haastte ik mij in de keuken voor een lang proces van verwerken.

De dankbaarheid zit hem niet in het kopen van kastanjes, maar in ze te ontvangen( of te ruilen ). Deze manier van economie kan schaarste de kop in drukken. Als we maar leren onze overvloed te delen, te ontvangen en weer weg te geven. Helaas tijdens de kolonisatie in Amerika werd deze levensstijl ontnomen, land was geen thuis meer maar het werd een bezit. Gezamenlijke rijkdom en leven van het land moest individuele rijkdom worden. Van overvloed werd schaarste gemaakt. En tot op de dag van vandaag leven we nog altijd met deze vorm van economie.

Maar geschenkeconomie is gelukkig steeds meer normaal aan het worden. We delen onze boeken, recepten, voedsel en bezittingen steeds vaker met elkaar.

Ui, knoflook, Zeeuwsche Zoute knoflook, penen, pompoen en tamme kastanjes.

Ik merk dit vooral in kleinere gemeente en dorpen. Of op plekken waar dingen moeilijker verkrijgbaar zijn zoals op Schiermonnikoog. Mensen staan open om te ruilen en te delen. En dat is eigenlijk ook een mooie gedachtenkracht voor de donkere maanden. Met december in aantocht, de periode van overconsumptie en materialisme zou de visie van geschenkeneconomie een mooie leidraad zijn. Gééf iets van jezelf weg, maak iets voor een ander en deel je zelfgemaakte lekkernijen.

Omdat ik niet al jullie honderden abonnees kan voorzien van deze lekkernijen deel ik een kostbaar herfstrecept. Een stevige herfstsoep. Met de kracht van pompoen (de vruchten van inheemse natuurvolkeren uit Midden en Zuid-Amerika) en het geluk van tamme kastanjes (met dank aan de Romeinen).

Volg trouwens gerust je eigen gevoel in de keuken. Iets ‘volgen’ is niet echt mijn sterkste kant. Of dit nou gaat om de weg of een recept. Hier mijn richtlijn voor deze zoete herfstsoep.

Je hebt nodig:

  • Twee extra handjes van een gezellig persoon.
  • Flink portie geduld.
  • Een handje dankbaarheid.
  • Vleugje liefde.
  • Een grote hoeveelheid tamme geroosterde kastanjes.
  • Een regenachtige dag. (want dan smaakt alles beter)

 

  1. Gebruik je portie geduld: Maak kruisjes in de platte kant van de kastanjes. Rooster de kastanjes 10 minuten in de pan of hete oven (200gr) en pel alle kastanjes als ze nog warm zijn.  Pel de kastanjes nu gezellig samen, zo gaat het klusje stuk sneller.
  2. Maak de pompoen schoon. Hierbij heb je geen geduld nodig, want je hoeft de pompoen niet te schillen. In de schil van de pompoen zitten veel voedingsstoffen! Wil je toch de pompoen schillen. Je oven is nog warm! Leg de pompoen 20 a 30 minuten in warme oven. Dan is ze makkelijker te snijden.
  3. Goedzo. Alles in blokjes? Kook de kastanjes in laagje water tot ze zacht zijn.
  4. Fruit de hele bende aan.
  5. Gooi er water bij, kruiden en Zeeuwsche Zoute (ik gebruik geen bouillonblokjes, maar voor de luie koks: gebruik bouillonblokje op smaak)
  6. Lekker laten pruttelen. Ik heb kaneel, gember en wat komijn toegevoegd.
  7. Pureren maar en je hebt een vrolijk bakje zoette voedzame soep!

 

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.